De T-Ford staat symbool voor de beginjaren van het busvervoer in Nederland. In de jaren twintig neemt het belang van het vervoer per bus steeds meer toe. Allerlei kleine busbedrijven gaan de concurrentie aan met de gevestigde trambedrijven.
De toenmalige Geldersche Stoomtramweg Maatschappij (GStM) – voorloper van de GTW – ziet niet lijdzaam toe. Zij schaft zelf ook gemotoriseerde voertuigen aan, zowel voor personen- als goederen vervoer. Het wordt de T-Ford, een in die dagen zeer populair voertuig. Eind jaren twintig is de T-Ford achterhaald en moet hij plaatsmaken voor modernere autobussen. Zo ook bij de inmiddels tot GTW omgedoopte GStM.
In de jaren vijftig laat de GTW voor een jubilieumviering een T-Ford vrachtauto bij carrosseriebouwer Verheul weer van een busopbouw voorzien. Ter herinnering aan de beginjaren van het busvervoer, zoals dat met de T-Ford begon. Jarenlang bewaard door de GTW en zijn opvolgers, is het markante busje nu onderdeel van de Transit Oost collectie.